Alje Schut: "Ik kan niet wachten op volgend seizoen!"

 

Het zit Alje Schut niet mee. De centrale verdediger van FC Utrecht raakte ruim een jaar geleden ernstig geblesseerd en was rond de winterstop hard op weg om weer zijn rentree in het eerste van FC Utrecht te maken. Een nieuwe tegenslag strooide echter roet in het eten, waardoor de Utrechter opnieuw onder het mes moest. Inmiddels is hij druk aan het revalideren en hoopt Alje na de zomerstop weer zijn oude niveau te kunnen behalen. Ondanks dat hij het liefst op de achtergrond blijft, wilde Alje Schut wel de Forza te woord staan. Er ontstond een open gesprek over zijn blessure, het huidige FC Utrecht en zijn band met de club en de supporters.  

 


Hoe is het nu met Alje Schut?
“Het gaat redelijk, ik heb mijn tweede operatie achter de rug en ben dus nog steeds aan het revalideren. Ik had namelijk nog steeds pijn aan de buitenzijde van mijn meniscus. We hebben toen toch maar weer een scan gemaakt en daarbij bleek er een klein scheurtje in mijn meniscus te zitten. Tijdens de operatie die volgde, is er een stukje meniscus weggehaald en is de meniscus egaal gemaakt. Het gaat nu weer de goede kant op.”  


Als we teruggaan naar maart 2005, inmiddels een jaar geleden, de uitwedstrijd tegen RKC Waalwijk. Wat gebeurde er precies?

“Ik kreeg de bal van David di Tommaso aangespeeld. Vervolgens wilde ik de bal naar voren spelen en werd ik achtervolgd door de spits van RKC. Hij toucheerde mij licht, waardoor ik meedraaide en mijn lichaam kantelde. Ik kwam daardoor versneld op de grond terecht en doordat ik te vroeg neerkwam, had ik nog geen spanning op mijn beenspieren. Toch wilde ik op kracht rechtdoor blijven lopen, maar mijn voet stond vast en ik kon niets meer. Eigenlijk moet je je op dat moment gewoon laten vallen, maar ik wilde juist op kracht herstellen en voelde gewoon iets knappen.” 

 


Je had dus direct het gevoel dat het mis was?
“Ja. Ik heb nog nooit iets aan mijn knie gehad, maar had gelijk het gevoel dat er iets mis was. Je weet meteen dat er iets geknapt is. Ik wist direct: ‘het is klaar’. Ik heb tijdens de wedstrijd ook niets aan mijn teamgenoten laten merken, er moest immers gewonnen worden. De dag na deze wedstrijd was ik er wel ziek van dat ik zo geblesseerd was geraakt, maar daarna ging de knop gelijk om en begon de eerste dag van mijn herstel.”  


Je bent inmiddels niet de enige speler van FC Utrecht die geblesseerd is. Daardoor zijn er bij supporters vraagtekens ontstaan over de medische staf van FC Utrecht. Hoe sta jij hier tegenover?

“Nee aan de medische staf ligt het zeker niet. De medische staf is hier gewoon perfect. Ook in mijn geval ligt het puur aan mijzelf. Mijn lichaam reageert gewoon zo. Daarnaast heb ik voornamelijk bij de KNVB gerevalideerd. Het ligt dus zeker niet aan de medische staf van FC  Utrecht, daar hoeft echt niet aan getwijfeld te worden.” 

 

Je huidige blessure kwam zeer ongelegen. Je stond op het punt om door te breken, kreeg lovende kritieken van medespelers en pers, was een vaste waarde in het team van FC Utrecht en je speelde je wekelijks in de kijker bij onder andere Feyenoord. Stond je op dat moment op het punt om Utrecht verlaten?

“Er is een bod van Feyenoord geweest, maar FC Utrecht heeft het destijds afgewezen. Utrecht heeft aangegeven dat ik voor de club meer waard ben, dan het bedrag wat ze voor mij konden krijgen. Dat heb ik gerespecteerd, want ik zal nooit met problemen bij FC Utrecht weggaan. Als ik niet geblesseerd was geraakt, had ik nu niet bij Feyenoord gezeten, maar in de Bundesliga, er was namelijk vergaande interesse van een club. Welke club dat is, doet er niet toe. 

 

 

Als je kijkt naar de progressie die Dirk Kuyt nu bij Feyenoord doormaakt, baal je dan dat je de stap niet hebt kunnen maken?
“Ik kan de stap altijd nog maken, ik ben nog jong. Stel ik zou binnen een paar maanden weer kunnen spelen, dan zou ik na een half jaar niet zeggen ‘bedankt en tot ziens’. Er moet wel iets voor FC Utrecht tegenover staan. Ik denk dan óf aan een goede transfersom, óf ik moet nog iets voor FC Utrecht kunnen betekenen wat het halen van prijzen betreft. Maar daar denk ik nu niet aan. Ik heb nog alle tijd, want als verdediger ben je pas op je 28e op je top van je kunnen.”  

 


Mede door je revalidatie heb je je contract verlengd tot de zomer van 2007. Denk je in één jaar tijd op sportief en mentaal gebied je oude niveau weer te kunnen halen?
“Ja, dat zeker! Ik ben mentaal sterker geworden, dat staat voor mij vast. Ik weet ook zeker dat ik, wanneer ik weer wedstrijden speel, binnen twee weken weer mijn oude niveau kan halen. Ik kom hoe dan ook sterker terug.”  



En dan loopt in 2007 je contract af. Wat dan?
“Zolang je geblesseerd bent, denk je niet: ‘over drie jaar wil ik dat en over vijf jaar wil ik dat doen’. Ik ben allang blij als ik weer op het veld kan staan. Bovendien heb ik van de trainer altijd het vertrouwen gekregen. Ik wil daarom ook iets voor de club terug doen. Utrecht is gewoon mijn club.” 

 

 

Heb je, doordat je nu niet op het veld kan staan, tijd om je op andere manieren voor FC Utrecht in te zetten?

“Mensen denken dat wanneer je revalideert je alle tijd hebt om andere dingen te doen, maar het tegendeel is waar. Ik ben van ’s ochtends negen uur tot ’s middags drie uur op de club bezig met trainen en revalideren. Daarna zit mijn werkdag er op. Als ik thuiskom, ben ik helemaal kapot. Daarnaast ben ik samen met een aantal andere spelers ambassadeur van 'Klein Galgenwaard'. Ik ben dus erg druk en kan zeggen dat door de blessure mijn leven er niet gevarieerder op is geworden.”  



Vind je het verrassend dat Joost Broerse nu centraal achterin staat?
“Nee, ik vind het niet verrassend. Foeke Booy wil namelijk een links- en rechtspoot in het centrum hebben staan. Joost heeft in de jeugd linksback en centraal achterin gespeeld en hij doet het nu erg goed. Maar ook Leen (van Steensel, red) begint zijn draai steeds beter te vinden. Hij is iemand die je voor de laatste 20 minuten achter de hand kan houden en zo’n type speler is Joost niet. Hij is echt een speler voor de basis. Bovendien verdient Joost het gewoon. Toen hij vaak wissel stond of zelfs op de tribune zat, zag ik hem zich elke dag volledig leeg trainen. Hij had in het begin wat moeite, maar hij is dan ook een totaal andere speler dan David (di Tommaso, red). Je ziet dat hij het steeds beter oppakt.” 



Vind je dat FC Utrecht in vergelijking met vorig jaar sportief, organisatorisch en qua teamgeest beter is geworden?
“We hebben een hele leuke en hechte groep. De teamgeest is altijd al positief geweest. Door de dood van Dito zijn we wel nóg meer naar elkaar toe gegroeid en op die manier sterker geworden. Daarnaast is de selectie veel breder geworden. De reservespelers hebben een niveau behaald dat dichter tegen het eerste elftal aan ligt dan voorheen. Al deze factoren dragen er aan bij dat we als team zijnde gewoon goed draaien. Het is een wisselwerking.” 

 


En dan staan straks eventueel de play-offs te wachten. Is Utrecht in staat om met deze selectie Europees voetbal, dan wel een plaats in de play-offs af te dwingen?

“De play-offs halen we zeker. We hebben op het laatst alleen ploegen waar we tegen moeten spelen waar we voorheen wel eens punten tegen lieten liggen. Tot nu toe hebben we dat niet gedaan en geef ik ons een goede kans in de play-offs. Ik vind de play-offs zelf trouwens wel dramatisch. Het is onrechtvaardig tegenover topclubs. Voor de subtop is het gunstig. Utrecht in de Champions league? Het zou natuurlijk heel erg leuk voor ons zijn, maar als ik eerlijk ben, is het wel slecht voor het Nederlands voetbal.” 



Wat wij hebben begrepen, wordt bijna de gehele eredivisie bij jou thuis vertegenwoordigd: je moeder is voor Feyenoord, één van je broertjes is voor PSV, je vader heeft het licht gezien en heeft zijn Ajax pyjama omgeruild voor een Utrecht dekbed. Hoe is de situatie thuis op wedstrijddagen en specifiek voorafgaand aan een wedstrijd als Utrecht-Feyenoord?

“Mijn vader is inmiddels inderdaad voor FC Utrecht, de hele mentaliteit van Ajax vindt hij niets meer. Hij is aardig bekeerd. Ook de rest van de familie steunt mij gewoon. Mijn broertje vindt het alleen niet erg als Feyenoord van Utrecht wint in de kampioensrace. Verder is er geen sprake van spanning bij ons thuis. Ja, behalve bij Feyenoord-Ajax en Ajax-Utrecht. Wat dat laatste betreft, de 1-4: we hebben thuis flink genoten! Normaal gesproken kijk ik niet zo veel voetbal, maar vooral van de wedstrijd in de Arena heb ik alle samenvattingen met veel plezier bekeken. Wat een wedstrijd was dat zeg! Ik ging in de rust met de geblesseerde spelers koffie halen en dat duurde wat lang. Tim (Cornelisse, red) moest namelijk lang op zijn koffie wachten. Toen de 1-1 direct na rust viel, kwamen de geblesseerde Ajax-spelers naar ons toe en lachten ons uit. Ik zei al: ‘let maar op, de 1-2 valt zo’. Ik had het nog niet gezegd of Ramzi scoorde inderdaad de 1-2 voor Utrecht. En toen hadden wij lol!.”  



Je hebt het afgelopen jaar niet op het veld van de Galgenwaard kunnen staan en hebt dus de wedstrijden als supporter moeten volgen. Je bevindt je tijdens de wedstrijd tussen de supporters. Hoezeer beleef jij de wedstrijd vanaf de tribune anders dan wanneer je op het veld staat?

“Ja, dat beleef ik heel anders. Het is heel lastig, je ziet vanaf de tribune namelijk wat er fout gaat, maar je kunt er zelf gewoon niets aan doen. Dat is frustrerend. Als het echter goed gaat, zit ik rustig achterover. Toch zit ik met veel spanning in mijn lijf op de tribune. Als je op de tribune zit, heb je vaak veel overzicht. Dat heb je als je op het veld staat totaal niet. Dat beseffen supporters soms niet.” 

 



Kom je vervolgens na de wedstrijd wel eens in het supportershome? “Ja ik ben er wel een paar keer geweest. Het supportershome is erg mooi. De ene zaal met de harde muziek vind ik iets minder, de andere zaal is fantastisch. Toch voel ik mij er niet geheel thuis. Eigenlijk voel ik mij er heel opgejaagd. Iedereen wil met je praten, terwijl ik mijzelf niet als een speciaal iemand zie. Ik ben ook maar een normaal persoon. Laat mij gewoon maar lekker voetballen en daarna gewoon de mens Alje Schut zijn. Ik vind de aandacht aan de ene kant erg leuk, aan de andere kant trekt het mij helemaal niet.”


De supporters zijn je niet vergeten. Streelt het je dat de supporters volledig achter je zijn blijven staan en nog steeds hopen dat Alje Schut zo snel mogelijk weer in het shirt van Utrecht te bewonderen is?

“Ja, natuurlijk streelt het je. Ik kan niet anders zeggen dan dat het vertrouwen mij goed doet. Utrecht is en blijft mijn club en ik zal ook altijd met de club verbonden blijven. Dat geldt ook voor mijn band met de supporters. Veel supporters kunnen zich identificeren met mijn spel. Ik houd namelijk van écht Utrechts voetbal. Ik heb in de wedstrijd maar één tegenstander en die raakt meestal geen bal. Dat is dan ook met alle middelen toegestaan. Zo zit ik gewoon in elkaar. Ik geniet nog meer van een stevige tackle van Steven Gerrard dan van een dribbel van Arjen Robben. Ik ben zelf ook altijd hard, maar ik houd het wel netjes. Ik ben in mijn leven ook nog maar één keer geschorst geweest. Ik krijg ook vaak maar één of twee gele kaarten per seizoen, maar van een potje hard voetbal houd ik wel.” 



Als we het toch over de supporters hebben, wat vind je er van dat zowel het eerste van FC Utrecht als Jong FC Utrecht dit seizoen zowel uit als thuis van de grote rivaal Ajax hebben gewonnen?

“Ja fantastisch! Ook voor het tweede is het echt geweldig. Ik vind het ook knap van John van Loen wat hij met het tweede bereikt heeft. Hij zit in zijn eerste jaar als trainer van het tweede elftal en hij doet het erg goed. Het is een ontzettend belangrijk persoon voor heel FC Utrecht. Hij brengt ontzettend veel sfeer en heeft ook veel verstand van voetbal. Ik snap ook niet dat sommige mensen aan de capaciteiten van John van Loen als trainer hebben getwijfeld. Hij is ook een enorme aanwinst als assistent. Ook dankzij zijn humor. Hij wil nog wel eens mensen voor schut zetten waarmee hij het hele team aan het lachen krijgt. John is gewoon een topper die echt verbonden is aan FC Utrecht. Hij is een echte cultuurdrager.”  



Is er tot slot nog iets wat je de supporters van FC Utrecht wilt vertellen? “Ik hoop dat ik zo snel mogelijk weer op het veld kan staan en weer belangrijk voor FC Utrecht kan zijn. Ik ben gemotiveerder dan ooit, dus daar zal het niet aan liggen. Ik wil eigenlijk de hele zomer doortrainen, zodat ik aan het begin van het nieuwe seizoen er volledig sta! Ik kan niet wachten op volgend voetbaljaar!”

 

Door: Nozem en Evers2

Eerder geplaatst in Forza in 2006

 


Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Reactie plaatsen